Ds. J.M.J. Kieviet (CGK) rechtvaardigt de blasfemische en sodomitische 'Roze Ode aan de Synode'

Op 25 maart 2019 stond er een artikel in het RD van de hand van ds. J.M.J. Kieviet (CGK) waarin hij terugblikt op een uitspraak van minister Van Engelshoven (D66) tijdens een goddeloze lhbti-bijeenkomst in de Grote Kerk te Dordrecht. De samenkomst was bedoeld als een 'Roze Ode aan de Synode', een opmerkelijk gekleurde verwijzing naar de Dordtse synode van 400 jaar geleden, aldus ds. Kieviet (klik hier).

In het RD van 15 maart 2019 stond al een artikel over deze lbhti-bijeenkomst (klik hier). Tijdens die bijeenkomst was ook ds. Kieviet aanwezig en hij zit daar breed lachend aan de tafel (3e van links met zwarte stropdas) tijdens deze blasfemische sodomitische bijeenkomst in de Grote Kerk te Dordrecht. Deze dominee is van de zogeheten 'Bewaar het Pand'-stroming binnen de CGK, maar komt openbaar als iemand die het pand helemaal niet bewaart, want deze man heeft helemaal geen afkeer van het ongoddelijk ijdel roepen en van de tegenstellingen der valselijk genaamde wetenschap (1 Tim. 6:20). Die hele 'Bewaar het Pand'-beweging is ook één grote loochening van het pand Gods zoals we al eerder hebben geschreven (klik hier)

Ds. J.M.J. Kieviet (CGK) tijdens de lhbti-bijeenkomst in de Grote Kerk te Dordrecht

Het is een gruwelijke bijeenkomst geweest waarbij de ere Gods geheel vertrapt is. Wie zou niet wenen bij het zien van die blije mensen in de kerk en achter de tafel?! Gods volk kan daarin nooit kan participeren. Wat had die ds. Kieviet daar te zoeken vraag je je af? De Godvrezende Lot kwelde dagelijks zijn ziel door het horen en zien van de gruwelijke werken van de sodomieten, maar ik heb niet de idee dat ds. Kieviet zijn ziel kwelde achter die Belialstafel in de Grote Kerk. Als hij al een legitimatie zou hebben van Godswege om daar te zijn dan had hij die minister terstond in haar aangezicht moeten weerspreken en al die valse profeten aldaar aanwezig, en niet met vrome woorden achteraf een RD artikel gaan schrijven waarin hij terugblikt op een uitspraak van de minister.

In het artikel, getiteld 'God is liefde én geeft ons Zijn wet', gaat hij in op Gods wet. Wie het begrepen heeft, was de dichter van Psalm 119. Hij beleed voor God en mensen: "Hoe lief heb ik Uw wet. Zij is mijn betrachting de ganse dag." Wat ds. Kieviet niet begrepen heeft is dat dit allereerst op de Heere Jezus Christus van toepassing is, want het was Zijn spijze om te doen de wil van Zijn Vader, en dat de ganse dag. Tegelijk mocht David net als Paulus als een type van Christus zeggen dat hij een inwendig vermaak in de wet Gods had naar de inwendige mens (Rom. 7:22). Echter, al is het willen er bij Gods volk om zonder zonde te leven (dus het betrachten van de wet Gods de ganse dag), het goede te doen dat vond Paulus en David niet. Voor het goede waren ze volledig afhankelijk van de werking van de Heilige Geest, Die niet zondigt.

De Wet is de bediening des doods en die ligt voor Gods volk voorgoed in de Ark der Behoudenis, d.i. Christus. HIJ draagt de heilige Wet die God de sterveling zet, in het binnenst ingewand (Ps. 40). De Wet is om der overtredingen wil daarbij gesteld (Gal. 3:19). De Wet is de gelovigen niet gezet maar de goddelozen (1 Tim. 1:9). Wee degenen die de Ark openen waarin de Wet (twee stenen tafelen) ligt. Dus wee degenen die de Wet in het stuk der dankbaarheid uit de Ark halen en het 'Gij zult' en het 'Gij zult niet' als regel der dankbaarheid hanteren. Gods volk is niet onder de Wet maar onder de genade. Gods volk heeft Christus tot haar heiligmaking (1 Kor. 1:30), zoals Christus ook haar rechtvaardigmaking is, haar wijsheid en verlossing. Weet u, dan mag je wandelen in de goede werken die van eeuwigheid zijn voorbereid (Ef. 2). Daar zorgt de Heere Zelf voor. Wat een wonder dat Hij alles doet. Weet u wat het geheim is? Degenen die de Wet niet doen, die doen de Wet! Mag u dat geestelijk verstaan?

De Wet is niet uit het geloof. Als de Heere Zijn volk leidt door Woord en Geest dan is dat overigens niet een leven tegen de Wet van God in, want dat kan nooit. De Heilige Geest zondigt niet. De eigen ervaring is evenwel met Paulus, ik ben vleselijk, verkocht onder de zonde. Hetgeen ik wil dat doe ik niet. Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods. Ik dank God door Jezus Christus onze Heere (Rom. 7). Elke keer weer richt de Heilige Geest de ware gelovigen op God in Christus, ziende op de Overste Leidsman en Voleinder des geloofs (Hebr. 12). Dan heft Hij je gebogen hoofd weer op en doet Zijn gunst aanschouwen (Ps. 3 berijmd). Voor het eerst of opnieuw klinkt het dan weer in de ziel: Ik voor u, daar gij anders de eeuwige dood had moeten sterven. Het staat zo kostelijk beschreven in het formulier om het Heilig Avondmaal te houden. Gods volk wandelt door het geloof van de Zoon van God (door de liefde Gods werkende), en draagt elkanders lasten en vervult alzo de Wet van Christus, want de liefde is de vervulling der Wet.

Lees naast de Romeinenbrief eens 'Een eeuwige taak' voor blinde wachters en oude vrouwen in een brief aan een vriend door William Huntington ss. Welke regel had de gelovige Abraham? De wet van Mozes? Nee, hij wandelde door het geloof. Het geloof was de regel van zijn wandel (heiligmaking) net als van Heman, de Ezrahiet, in het gebed van een doodbrakende (Ps. 88). Tegenwoordig leert men met één oog op Christus te zien en met het andere oog op Mozes. Huntington zou zeggen: dan ziet de gelovige scheel. En zo is het.

M.G. van der Hoeven

Ga naar home pagina "Het gekrookte riet"